Op het taakveld Beheer en overige gebouwen en gronden kunnen we per saldo een voordeel melden van € 635.000. We hebben extra opbrengsten van verkoop van panden bovenop de begrote taakstelling. Deze extra opbrengsten zorgen wel voor hogere lasten zoals extra afschrijvingen  van boekwaarden en bijkomende kosten als saneringen en dergelijke. De extra verkopen in 2017 makende realisatie van de extra verkooptaakstelling in 2018 ad € 650.000 mogelijk moeilijker, maar per saldo wordt over beide jaren de extra verkooptaakstelling gerealiseerd.

Op het taakveld Beheer en overige gebouwen en gronden kunnen we per saldo een voordeel melden van € 635.000. We hebben extra opbrengsten van verkoop van panden bovenop de begrote taakstelling. Deze extra opbrengsten zorgen wel voor hogere lasten zoals extra afschrijvingen  van boekwaarden en bijkomende kosten als saneringen en dergelijke. De extra verkopen in 2017 makende realisatie van de extra verkooptaakstelling in 2018 ad € 650.000 mogelijk moeilijker, maar per saldo wordt over beide jaren de extra verkooptaakstelling gerealiseerd.

We verwachten voor het taakveld Treasury inzake de rentecomponenten per saldo een voordeel van circa € 330.000. We hebben een voordeel op de rente lang geld van € 170.000. We hebben iets minder leningen nodig en betalen gemiddeld iets lagere rente dan vooraf ingeschat. Daarnaast hebben we een voordeel op de rente van de korte leningen van circa € 160.000.

We verwachten voor het taakveld Treasury inzake de rentecomponenten per saldo een voordeel van circa € 330.000. We hebben een voordeel op de rente lang geld van € 170.000. We hebben iets minder leningen nodig en betalen gemiddeld iets lagere rente dan vooraf ingeschat. Daarnaast hebben we een voordeel op de rente van de korte leningen van circa € 160.000.

De jurisprudentie met betrekking tot verpleeg en verzorgingstehuizen zorgt ervoor dat steeds meer tehuizen die voorheen werden aangemerkt als niet-woning nu worden aangemerkt als woning belast met het woningtarief. Dit leidt tot een hogere OZB opbrengst woningen van € 200.000.

De jurisprudentie met betrekking tot verpleeg en verzorgingstehuizen zorgt ervoor dat steeds meer tehuizen die voorheen werden aangemerkt als niet-woning nu worden aangemerkt als woning belast met het woningtarief. Dit leidt tot een hogere OZB opbrengst woningen van € 200.000.

Bij niet woningen voorzien we een lagere opbrengst van in totaal € 1.050.000. Dit wordt veroorzaakt door gerechtelijke uitspraken ten aanzien van recreatiewoningen en verpleeg- en verzorgingstehuizen. De Hoge Raad heeft vorig jaar arrest gewezen in twee procedures over vakantieparken in de gemeente Ermelo en Arnhem. De Hoge Raad oordeelt dat als gebouwen naar aard en inrichting bestemd en geschikt zijn om als woning te dienen, die gebouwen als woningen worden aangemerkt, ook als permanente bewoning niet mogelijk is. Ook de  jurisprudentie met betrekking tot verpleeg- en verzorgingstehuizen er toe dat steeds meer tehuizen die voorheen werden aangemerkt als niet-woning nu worden aangemerkt als woning belast met het woningtarief. Dit nadeel wordt voor een bedrag van € 0,2 miljoen gecompenseerd door een hogere ozb opbrengst woningen en voor € 0,250 miljoen door een hogere Algemene Uitkering.

Bij niet woningen voorzien we een lagere opbrengst van in totaal € 1.050.000. Dit wordt veroorzaakt door gerechtelijke uitspraken ten aanzien van recreatiewoningen en verpleeg- en verzorgingstehuizen. De Hoge Raad heeft vorig jaar arrest gewezen in twee procedures over vakantieparken in de gemeente Ermelo en Arnhem. De Hoge Raad oordeelt dat als gebouwen naar aard en inrichting bestemd en geschikt zijn om als woning te dienen, die gebouwen als woningen worden aangemerkt, ook als permanente bewoning niet mogelijk is. Ook de  jurisprudentie met betrekking tot verpleeg- en verzorgingstehuizen er toe dat steeds meer tehuizen die voorheen werden aangemerkt als niet-woning nu worden aangemerkt als woning belast met het woningtarief. Dit nadeel wordt voor een bedrag van € 0,2 miljoen gecompenseerd door een hogere ozb opbrengst woningen en voor € 0,250 miljoen door een hogere Algemene Uitkering.

We melden hier een voordeel van € 7,6 miljoen. Dat komt doordat we voor een bedrag van € 7,5 miljoen  belasting (precario) opleggen op kabels en leidingen van nutsbedrijven. Liander is daarover een procedure begonnen bij de rechtbank. We hebben u in juli 2016 geïnformeerd over het verloop daarvan. Deze procedure is nog niet afgerond. Daarom hebben we voor hetzelfde bedrag een voorziening precario opgenomen bij de algemene baten en lasten (Taakveld 0.8). Daarnaast heeft  Belastingssamenwerking Tribuut het boekjaar 2016 afgesloten met een positief saldo van € 159.202. Het aandeel voor Apeldoorn is € 82.656.

We melden hier een voordeel van € 7,6 miljoen. Dat komt doordat we voor een bedrag van € 7,5 miljoen  belasting (precario) opleggen op kabels en leidingen van nutsbedrijven. Liander is daarover een procedure begonnen bij de rechtbank. We hebben u in juli 2016 geïnformeerd over het verloop daarvan. Deze procedure is nog niet afgerond. Daarom hebben we voor hetzelfde bedrag een voorziening precario opgenomen bij de algemene baten en lasten (Taakveld 0.8). Daarnaast heeft  Belastingssamenwerking Tribuut het boekjaar 2016 afgesloten met een positief saldo van € 159.202. Het aandeel voor Apeldoorn is € 82.656.

Taakveld Algemene uitkering
Omdat de economie zich sterk positief ontwikkelt en ook het Rijk te maken heeft met een (licht) oplopende inflatie is sprake van een fors hogere algemene uitkering dan we voor 2017 hadden geraamd. De uitkering komt naar verwachting € 7,25 miljoen hoger uit. Daar staan voor € 2,34 miljoen hogere uitgaven op andere programma’s tegenover omdat een deel van de extra rijksvergoeding geoormerkt is. Per saldo ontstaat dan een voordeel in deze tussentijdse rapportage van afgerond € 4,9 miljoen.

De hogere algemene uitkering van € 7,25 miljoen kent op hoofdlijnen vier oorzaken:

In de meicirculaire 2017 heeft het kabinet een aantal geoormerkte bedragen aan de algemene uitkering toegevoegd. Voor wat betreft de ruiming van explosieven uit WOII en de innovatieve aanpak energie-besparing hebben wij hiervoor aanvragen ingediend. Op basis van het bestuursakkoord uit 2015 tussen Rijk en VNG over de hoge asielinstroom ontvangen wij een nieuwe vergoedingentranche. Daarnaast ontvangen wij, deels als centrumgemeente voor de arbeidsmarktregio, een aantal bedragen voor het domein werk en inkomen. Tenslotte wijzigen de in de algemene uitkering opgenomen vergoeding voor maatschappelijke opvang en voor huishoudelijke verzorging. Omdat wij met uw raad hebben besloten tot een ‘hek om het sociaal domein’ geven we deze hogere rijksvergoeding door aan het betreffende begrotingsprogramma.

Per saldo tellen deze hogere programma uitgaven op tot een bedrag van € 2,34 miljoen. Voor de hogere algemene uitkering in relatie tot extra programma uitgaven treft u bij deze tussentijdse rapportage een begrotingswijziging aan.

Uitkering deelfonds sociaal domein
In de meicirculaire 2017 heeft het Rijk de uitkering sociaal domein (de 3 D’s) geactualiseerd. De uitkering wordt verhoogd vanwege toekenning van loon- en prijscompensatie, volumegroei, een correctie op de eerdere budgetkorting herinstromers WLZ en de gevolgen van extramuralisering (langer zelfstandig wonen). Voor de vergoeding voor Participatie/WSW oud is tevens de afrekensystematiek aangepast: niet meer de woongemeente van de WSW-er ontvangt de rijksvergoeding, maar de betalende gemeente waar de WSW-er werkzaam is. Dat leidt voor ons tot een flinke opwaartse bijstelling, die we doorzetten naar de Feluagroep/ Lucrato i.o.
Conform onze afspraken met uw raad over het sociaal domein wordt de hogere rijksvergoeding toegevoegd aan de relevante budgetten op de programma’s 5, 6 en 7. In totaal gaat het daarbij om € 1.957.000:

Wij stellen u voor om de hogere rijksvergoeding en de evenredige budgetverhogingen te verwerken in de bij deze tussentijdse rapportage gevoegde begrotingswijziging 2017.

Taakveld Algemene uitkering
Omdat de economie zich sterk positief ontwikkelt en ook het Rijk te maken heeft met een (licht) oplopende inflatie is sprake van een fors hogere algemene uitkering dan we voor 2017 hadden geraamd. De uitkering komt naar verwachting € 7,25 miljoen hoger uit. Daar staan voor € 2,34 miljoen hogere uitgaven op andere programma’s tegenover omdat een deel van de extra rijksvergoeding geoormerkt is. Per saldo ontstaat dan een voordeel in deze tussentijdse rapportage van afgerond € 4,9 miljoen.

De hogere algemene uitkering van € 7,25 miljoen kent op hoofdlijnen vier oorzaken:

In de meicirculaire 2017 heeft het kabinet een aantal geoormerkte bedragen aan de algemene uitkering toegevoegd. Voor wat betreft de ruiming van explosieven uit WOII en de innovatieve aanpak energie-besparing hebben wij hiervoor aanvragen ingediend. Op basis van het bestuursakkoord uit 2015 tussen Rijk en VNG over de hoge asielinstroom ontvangen wij een nieuwe vergoedingentranche. Daarnaast ontvangen wij, deels als centrumgemeente voor de arbeidsmarktregio, een aantal bedragen voor het domein werk en inkomen. Tenslotte wijzigen de in de algemene uitkering opgenomen vergoeding voor maatschappelijke opvang en voor huishoudelijke verzorging. Omdat wij met uw raad hebben besloten tot een ‘hek om het sociaal domein’ geven we deze hogere rijksvergoeding door aan het betreffende begrotingsprogramma.

Per saldo tellen deze hogere programma uitgaven op tot een bedrag van € 2,34 miljoen. Voor de hogere algemene uitkering in relatie tot extra programma uitgaven treft u bij deze tussentijdse rapportage een begrotingswijziging aan.

Uitkering deelfonds sociaal domein
In de meicirculaire 2017 heeft het Rijk de uitkering sociaal domein (de 3 D’s) geactualiseerd. De uitkering wordt verhoogd vanwege toekenning van loon- en prijscompensatie, volumegroei, een correctie op de eerdere budgetkorting herinstromers WLZ en de gevolgen van extramuralisering (langer zelfstandig wonen). Voor de vergoeding voor Participatie/WSW oud is tevens de afrekensystematiek aangepast: niet meer de woongemeente van de WSW-er ontvangt de rijksvergoeding, maar de betalende gemeente waar de WSW-er werkzaam is. Dat leidt voor ons tot een flinke opwaartse bijstelling, die we doorzetten naar de Feluagroep/ Lucrato i.o.
Conform onze afspraken met uw raad over het sociaal domein wordt de hogere rijksvergoeding toegevoegd aan de relevante budgetten op de programma’s 5, 6 en 7. In totaal gaat het daarbij om € 1.957.000:

Wij stellen u voor om de hogere rijksvergoeding en de evenredige budgetverhogingen te verwerken in de bij deze tussentijdse rapportage gevoegde begrotingswijziging 2017.

Op 4 juli is een principe akkoord gesloten over de nieuwe CAO gemeenten. Op basis hiervan verwachten we in 2017 een nadeel van 2% op de loonkosten. De nacalculatie 2016, een verhoging van de premies en de invoering van het Individueel Keuze Budget, waarbij twee verlofdagen zijn omgezet in salaris, zijn de belangrijkste oorzaken van dit nadeel. Het nadeel bedraagt € 1,6 miljoen.
Daarnaast melden we een nadeel van € 7,5 miljoen omdat we dat bedrag hebben gestort in een voorziening voor de opbrengsten van precariobelasting, per saldo is dit budgetneutraal verwerkt. We hebben aanslagen voor de precariobelasting opgelegd (Taakveld 0.64). Daarvoor loopt een gerechtelijke procedure.

Op taakveld 0.8 worden de in te verdienen uren geraamd. Dit zijn uren die niet op voorhand gedekt zijn binnen de begroting, maar die ten laste komen van bijvoorbeeld projectbudgetten, investeringen, grondbedrijf en reserves. Op dit taakveld verwachten we een nadeel van € 0,5 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door ziekte, vacatures en meer werk voor de Algemene Dienst dan de reeds genoemde projecten.
Daarnaast schrijft het gewijzigde Besluit Begroten en Verantwoorden voor dat de overheadcomponent van deze in te verdienen uren voortaan niet meer bij de projectbudgetten, met uitzondering van grondbedrijfprojecten en investeringen, in rekening mag worden gebracht. Deze administratieve verrekening leidt tot een nadeel van € 0,3 miljoen op taakveld 0.8 en een voordeel van € 0,3 miljoen op de overige taakvelden.

Tenslotte verwachten we een voordeel van € 0,3 miljoen op de kapitaallasten. Het werkelijke voordeel voor de Algemene Dienst kan lager worden, omdat de voordelen voor een deel naar de reserves gaan. U krijgt een beeld van alle voor- en nadelen bij de verschillende taakvelden in de jaarrekening. Op dat moment kunnen we bepalen welk deel van het voordeel ten gunste komt van de Algemene Dienst.

Op 4 juli is een principe akkoord gesloten over de nieuwe CAO gemeenten. Op basis hiervan verwachten we in 2017 een nadeel van 2% op de loonkosten. De nacalculatie 2016, een verhoging van de premies en de invoering van het Individueel Keuze Budget, waarbij twee verlofdagen zijn omgezet in salaris, zijn de belangrijkste oorzaken van dit nadeel. Het nadeel bedraagt € 1,6 miljoen.
Daarnaast melden we een nadeel van € 7,5 miljoen omdat we dat bedrag hebben gestort in een voorziening voor de opbrengsten van precariobelasting, per saldo is dit budgetneutraal verwerkt. We hebben aanslagen voor de precariobelasting opgelegd (Taakveld 0.64). Daarvoor loopt een gerechtelijke procedure.

Op taakveld 0.8 worden de in te verdienen uren geraamd. Dit zijn uren die niet op voorhand gedekt zijn binnen de begroting, maar die ten laste komen van bijvoorbeeld projectbudgetten, investeringen, grondbedrijf en reserves. Op dit taakveld verwachten we een nadeel van € 0,5 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door ziekte, vacatures en meer werk voor de Algemene Dienst dan de reeds genoemde projecten.
Daarnaast schrijft het gewijzigde Besluit Begroten en Verantwoorden voor dat de overheadcomponent van deze in te verdienen uren voortaan niet meer bij de projectbudgetten, met uitzondering van grondbedrijfprojecten en investeringen, in rekening mag worden gebracht. Deze administratieve verrekening leidt tot een nadeel van € 0,3 miljoen op taakveld 0.8 en een voordeel van € 0,3 miljoen op de overige taakvelden.

Tenslotte verwachten we een voordeel van € 0,3 miljoen op de kapitaallasten. Het werkelijke voordeel voor de Algemene Dienst kan lager worden, omdat de voordelen voor een deel naar de reserves gaan. U krijgt een beeld van alle voor- en nadelen bij de verschillende taakvelden in de jaarrekening. Op dat moment kunnen we bepalen welk deel van het voordeel ten gunste komt van de Algemene Dienst.